Toen alle toeristen tijdens de lockdown uit Rome verdwenen waren en de inwoners thuis moesten blijven, begon de natuur al behoorlijk snel de stad weer in te palmen.
Buitenlandse bezoekers zijn ook vandaag nog allesbehalve talrijk aanwezig in de stad en die beperkte drukte zorgt voor nieuwe dierenproblemen: duiven, spreeuwen, kraaien en vooral zeemeeuwen winnen fors terrein in Rome.
De beestjes zijn bezig aan een sterke opmars omdat ze veel minder dan vroeger worden gestoord in hun voortdurende zoektocht naar voedsel. Paradoxaal genoeg valt er voor hen momenteel echter minder te rapen dan enkele maanden geleden toen in Rome nog massa’s toeristen rondliepen.
Het probleem is dat hun uitwerpselen het antieke marmer en travertijn van de vele monumentale gebouwen en kerken in de stad aantasten. Rome probeert daar iets aan te doen, vooralsnog met niet al te veel resultaat.
Duiven heeft Rome altijd wel gehad en die werden in het verleden met allerlei technieken en wisselend succes op afstand gehouden of weggejaagd, onder meer door lichte elektrische spanningsvelden rond sommige belangrijke monumenten te creëren of door ze met aangepaste voeding steriel te maken zodat de vogels na verloop van tijd vanzelf verdwenen.
Zeemeeuwen waren er tot in het begin van de jaren ’70 van de vorige eeuw in Rome nauwelijks te bespeuren. Maar de jongste vijf jaar is hun aantal spectaculair gestegen. Het toenemende toerisme en de bijhorende achtergelaten voedselresten en afval, ook van restaurants, lokt de vogels aan.
Voor de zeemeeuwen, die vanaf de kust de Tiber volgen en zo zeer snel in Rome zijn, is het historische centrum een luilekkerland. Vroeger volstonden de vissen en het afval dat ze in de rivier vonden, vandaag zijn ze daarmee niet meer tevreden.
Ze doen zich bij valavond en ’s nachts vooral te goed aan de vuilniszakken die door restaurants worden klaargezet voor ophaling of aan etensresten die door toeristen werden weggegooid. Sommige mensen zijn bovendien zo dom de vogels nog te voederen.
Vandaag bevinden zich naar schatting ongeveer tienduizend zeemeeuwen in Rome. Voor de kenners: het gaat om de Larus michahellis of de geelpootmeeuw, ook wel Middellandse Zeemeeuw geheten. Ze lijken op de zilvermeeuw maar hebben gele in plaats van roze poten.
De zeevogels plunderen niet alleen de vuilniszakken door ze open te pikken, maar houden met hun gekrijs ook heel wat inwoners uit hun slaap.
Hun broedplaatsen bevinden zich heel vaak op de daken van de talrijke historische palazzi en in moeilijk bereikbare hoekjes van de vele kerken in Rome. Voor de zeevogels en hun kroost zijn het bijna onaantastbare vestingen waar ze zich in alle rust kunnen voortplanten.
Het Vaticaan maakt al een tijdje gebruik van de diensten van het gespecialiseerde Nederlandse bedrijf van André Frijters uit Rijsbergen.
Tijdens het traditionele urbi et orbi met Pasen zette het bedrijf twee jaar geleden op vraag van de Nederlandse bloemenleverancier voor het eerst groen laserlicht in om honderden meeuwen bij de opgestelde bloemstukken weg te houden. Die moderne verdediging lukte perfect. Het systeem bleek bovendien ook ’s nachts bruikbaar om vleermuizen te verjagen.
Het succes van de laseractie overhaalde het Vaticaan om een krachtig laserapparaat te kopen (kostprijs: 4.500 euro) en het voortaan regelmatig in te zetten om de overpopulatie van de zeevogels te verjagen van het Sint-Pietersplein en de gebouwen in de omgeving.
Volgens zaakvoerder Andre Frijters zitten de vogels ’s nachts graag op de warme stoepen. Zij nemen de willekeurig ronddansende laserstraal waar als een vast object. Als de straal een vogel nadert, reageert het dier met een ontsnappingsreflex en vliegt het weg.
Frijters vermoedt dat een combinatie met andere methodes zoals akoestische afschrikking, nog beter zou werken. Maar het Vaticaan wil niet dat er apparaten worden opgesteld die lawaai maken.
De Nederlandse zaakvoerder benadrukt dat het gebruik van de laser geen enkel gezondheidsrisico inhoudt, niet voor de vogels en evenmin voor de daklozen die regelmatig onder de colonnade van het Sint-Pietersplein slapen. Alleen als iemand rechtstreeks in de stralen zou kijken is er een risico op oogschade.
Helemaal gelukkig zijn de technische diensten van het Vaticaan niet met de gebruikte methode. De laserstralen zouden niets oplossen en er alleen maar voor zorgen dat de vogels uitwijken naar andere plaatsen in Rome.
De Romeinse ornitholoog Fulvio Fraticelli is zelfs overtuigd van het omgekeerde effect. Hij stelt dat meeuwen sociale dieren zijn. Als soortgenoten worden bedreigd, komen ze hen te hulp. In plaats van minder vogels komen er meer.
De vogelkenner pleit dan ook voor een drastische oplossing: zoveel mogelijk meeuwen doden. Alle andere middelen zijn volgens Fraticelli slechts een schijnoplossing.
Maar zo’n ingreep zou natuurlijk nefast zijn voor het imago van het Vaticaan dat milieu en duurzaamheid hoog in het vaandel voert. Rome staat bovendien bekend als een stad van dierenliefhebbers. De strijd tegen de zeemeeuwen zal dus op een andere manier moeten worden gewonnen.
Geef een reactie