Archive for februari, 2023

Vaticaan opent extra deel van pauselijke archieven

28 februari 2023

Het Archivio Apostolico Vaticano of het Vaticaans Apostolisch Archief, heeft alle correspondentie van Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog publiek gemaakt. Daarbij horen ook alle oproepen van de paus voor hulp aan Joden, soms via plaatselijke priesters of parochies.

De opening van het archief gebeurt op initiatief van paus Franciscus, die erop had aangedrongen om de documentatie vroeger dan gepland vrij te geven.

Daarmee zijn nu 170 delen uit het historische archief van het staatssecretariaat van de Heilige Stoel over het pontificaat van Pius XII (1939-1958) toegankelijk. Bijna drie jaar geleden gebeurde dat al met het archief van van paus Pius XII.

belvedere_vaticaan

De volledige gedigitaliseerde collectie Ebrei (Joden) is nu volledig online raadpleegbaar via de website van het Archivio Apostolico Vaticano. Bijna drie vierde van die gegevens was al eerder toegankelijk.

Na de opening van de archieven van Pius XII ontdekten historici echter nog een gebundelde verzameling van Joodse hulpverzoeken die vanaf nu dus ook online raadpleegbaar is.

Archivio Apostolico Vaticano
Cortile del Belvedere
00120 Città del Vaticano
+39 06 69883314
+39 06 69883211
archivio@aav.va
https://www.archivioapostolicovaticano.va/

Casino dell’Aurora in Rome raakt maar niet verkocht

28 februari 2023

De gerechtelijke veiling van het Casino dell’Aurora aan de Via Lombardia 46 in Rome is voor de vijfde keer mislukt. De historische villa bevat de enige plafondschildering die Michelangelo Merisi da Caravaggio (1571-1610) ooit maakte en is door de Italiaanse staat beschermd als cultureel erfgoed.

De verkoop is daarom zowel omstreden als uniek. De oorspronkelijke vraagprijs in november 2021 bedroeg 471 miljoen euro. Niemand wilde toen dat bedrag betalen.

Het voorbije jaar is de vraagprijs geleidelijk verlaagd, tot 376 miljoen euro in april, 301 miljoen euro in juni en 241 miljoen euro in oktober.

Op de jongste veiling werd het openingsbod op ‘slechts’ 141 miljoen euro gezet, een bedrag dat dus ver verwijderd is van de oorspronkelijke vraagprijs een jaar geleden. Maar nog steeds hapt geen enkele koper toe.

villaaurora

Elk van de vijf veilingen mislukte, ondanks de geruchten dat Microsoft-oprichter Bill Gates of de sultan van Brunei in de verleiding zouden kunnen komen om het eigendom te kopen dat wordt beschermd door de Italiaanse wetgeving inzake cultureel erfgoed.

De rechtbank bepaalde ook dat degene die het unieke eigendom koopt, naar schatting nog eens 11 miljoen euro aan restauratiekosten moet uitgeven. De Italiaanse staat krijgt na een verkoopovereenkomst met een particuliere koper ook zestig dagen de tijd om zijn voorkooprecht uit te oefenen.

De gerechtelijke verkoop van het unieke gebouw is het resultaat van een bittere erfenisstrijd na de dood in 2018 van prins Nicolò Boncompagni Ludovisi, wiens familie de site in de buurt van de Via Veneto al 400 jaar in bezit heeft.

aurora (1)

Het geschil gaat tussen de drie zonen van de prins uit zijn eerste huwelijk en zijn derde vrouw, de in Amerika geboren prinses Rita Jenrette Boncompagni Ludovisi (73) die samen met haar overleden echtgenoot de voorbije twintig jaar het pand van 2.800 m² heeft gerenoveerd en die nog steeds in de villa woont.

De zonen van de prins betwisten het testament van hun vader, dat de prinses het recht geeft om gedurende de rest van haar leven in Villa Aurora te wonen en dat bij een verkoop de opbrengst tussen haar en haar stiefzonen zou worden verdeeld.

Nadat de twee partijen er niet in slaagden overeenstemming te bereiken, besliste de rechtbank vorig jaar dat de villa met elf slaapkamers via een veiling te koop zou worden aangeboden.

Dat veroorzaakte heel wat opschudding, omdat het om Italiaans erfgoed gaat. Naast de plafondschildering van Caravaggio van een allegorische scène met Jupiter, Neptunus en Pluto, bevat de villa onder meer ook fraaie fresco’s van de barokke kunstenaar Guercino (1591-1666, echte naam Giovanni Francesco Barbieri) en een standbeeld dat wordt toegeschreven aan Michelangelo.

De villa ontleent trouwens zijn naam aan de plafondschildering in de centrale kamer die in 1621 werd gemaakt door Guercino en die de godin Aurora op haar strijdwagen afbeeldt.

aurora (10)

Naast de Aurora behoren de schilderingen van de elementen en het universum en de sterrenbeelden tot de absolute hoogtepunten van de villa. Deze kunstwerken dateren uit 1597 en worden dus toegeschreven aan Caravaggio. In een andere zaal bevinden zich ook enkele landschappen van de in Antwerpen geboren kunstenaar Paul Bril (1554-1626).

Maar de blikvanger in het pand is natuurlijk de schildering van Caravaggio. De kunstenaar kreeg van kardinaal Francesco Maria Del Monte, een gulle beschermheer van de kunsten, de opdracht om de 2,75 m brede Jupiter, Neptunus en Pluto op het plafond te schilderen.

aurora (15)

Caravaggio zou hier gewerkt hebben tussen november 1596 en september 1597. In de loop der eeuwen bedekten dikke lagen roet de schildering en raakte het kunstwerk zelfs in de vergetelheid. Pas bij een restauratie in 1990 werd de plafondschildering toevallig herontdekt.

Omdat het kunstwerk is uitgevoerd in olieverf in plaats van pigmenten op waterbasis op vers gips, is deze Caravaggio geen fresco, zoals soms weleens wordt verteld, maar een plafondschildering.

Het kunstwerk beeldt de drie titulaire goden af, elk geïdentificeerd door hun respectieve dieren. We zien Jupiter, vergezeld door een adelaar en staat voor zwavel en lucht; Neptunus, met een hippocampus, staat voor kwik en water en Pluto ten slotte, met de driekoppige hond Cerberus, staat voor zout en aarde.

aurora (18)

De mythologische figuren bevinden zich in een allegorische scène die verband houdt met de interesse van de kardinaal in alchemie. Jupiter wordt afgebeeld terwijl hij zich uitstrekt om de hemelbol waarin de zon rond de aarde draait, te bewegen.

Een aantal jaren later zou Galileo Galilei (1564-1642) ontdekken dat het andersom was, en dat het de aarde is die rond de zon cirkelt. Zoals bekend kon de Kerk destijds niet lachen met de bewering van de astronoom dat de aarde niet het middelpunt van het universum was.

De drie figuren, naakte mannen, zijn allemaal zelfportretten van Caravaggio. De schilder beeldt zichzelf af als de drie oppergoden van de kosmos.

Deze goden zijn niet willekeurig gekozen. De drie voormelde elementen die ze symboliseren, water, aarde en lucht, komen overeen met de drie stadia van de alchemie: vast, vloeibaar en vluchtig. Het is met deze drie elementen dat de kardinaal in dit kabinet probeerde het vierde element te bekomen: vuur.

We zien dus drie keer een zelfportret van de naakte Caravaggio maar dan van onder naar boven gezien, een op zijn minst opmerkelijk perspectief. Men veronderstelt dat hij bij het schilderen een spiegel gebruikte om het perspectief weer te geven, de spiegel zou op de stelling gestaan hebben en de schilder rechtop of gehurkt boven de spiegel.

Caravaggio wilde hiermee ongetwijfeld bewijzen dat hij ook de allernobelste kunst beheerste, namelijk die van het perspectief. Het effect van het verkort perspectief in deze kleine ruimte, die niet meer is dan een doorgang tussen twee kamers, is indrukwekkend.

De drie goden worden telkens afgebeeld met een dier: Jupiter met een arend, Neptunus met een fabeldier, een paard met vinnen in plaats van met poten (de mythologische hippocampus) en Pluto met de driekoppige hond Cerberus. Ook deze hond zou geschilderd zijn naar een levend model, namelijk Cornacchia, de zwarte poedel van Caravaggio.

aurora (7)

De villa is gebouwd in 1570 en al sinds 1621 eigendom van de adellijke familie Ludovisi, die onder haar nakomelingen onder meer de pausen Gregorius XIII (die de Gregoriaanse kalender introduceerde) en Gregorius XV mag rekenen.

Het zes verdiepingen tellende gebouw, uitgebreid in 1858, werd oorspronkelijk gebruikt als jachthuis van de familie. Het pand maakte ooit deel uit van Villa Ludovisi, een buitenverblijf van 30 hectare, opgericht door kardinaal Del Monte. Het Casino dell’Aurora wordt soms ook Casino Boncompagni Ludovisi of Villa Ludovisi geheten.

Aan het einde van de negentiende eeuw verkocht de familie Ludovisi het grootste deel van het landgoed tijdens de bouwhausse in Rome, wat leidde tot de oprichting van de chique wijk Ludovisi.

De villa bevindt zich in wat ooit deel uitmaakte van de Horti Sallustiani, een groots Romeins landgoed met aangelegde tuinen, op land dat oorspronkelijk eigendom was van Julius Caesar.

aurora (14)

Recent onderzoek in opdracht van prinses Rita en haar overleden echtgenoot suggereert dat de grond waarop de villa is gebouwd uitzonderlijk rijk is aan archeologische schatten uit de Romeinse tijd.

De prinses kreeg intussen van de rechtbank een uitzettingsbevel om de villa binnen de twee maanden te verlaten. Het ontruimingsbevel komt er nadat een muur het terrein is ingestort, waardoor een aangrenzende straat moest worden afgesloten.

Volgens de rechtbank hield de prinses ook ongeautoriseerde betalende rondleidingen in de villa met het argument dat de bezoeken bedoeld waren om geld in te zamelen voor het onderhoud van het pand. De rechtbank vermoedt dat de prinses het geld in eigen zak stak. De prinses gaat in beroep tegen de uitspraak. Wordt dus ongetwijfeld vervolgd.

Digitaal archief van de familie Boncompagni Ludovisi

Vlaggen van Oekraïne en Rusland wapperen in Rome op hetzelfde pand

27 februari 2023

De voorbije week werd wereldwijd de eerste verjaardag van de Russische invasie in Oekraïne herdacht. Dat gebeurde ook in Rome, met een fakkeloptocht vanaf Largo Corrado Ricci naar Piazza del Campidoglio.

Als teken van nabijheid en steun aan de door de oorlog getroffen bevolking werd vorige vrijdag de vlag van Oekraïne geprojecteerd op de gevel van Palazzo Senatorio, het stadhuis van Rome.

Dat gebeurde ook op de gevel van Palazzo Madama (de zetel van de Senaat) en op het Colosseum.

palazzo_madama

Onze huiscolumnist en clublid Michiel Verweij wees ons op een opmerkelijk en toch wel leuk feitje. Ambassadegebouwen zijn in Rome verspreid over de hele stad.

Ook in de Via della Conciliazione, de straat die je vanaf het Castel Sant’Angelo naar de Sint-Pietersbasiliek brengt, bevinden zich verschillende ambassades.

Aan de Via della Conciliazione 10 delen de ambassade van Slovenië bij de Heilige Stoel en de Russische ambassade bij de Heilige Stoel hetzelfde gebouw.

Uit solidariteit heeft Slovenië, behalve hun eigen vlag, ook de vlag van Oekraïne omhoog gehesen. Die wappert nu vrolijk naast de Russische vlag.

Dat is vermoedelijk een wereldwijd unicum. De Russen hebben voor zover bekend nog niet gereageerd!

oekraine

Personeel ITA Airways krijgt loonsverhoging van 30 procent

27 februari 2023

De piloten en het boord- en grondpersoneel van ITA Airways krijgen binnenkort 30 procent meer loon. Door die toegeving gaat de algemene staking die was aangekondigd voor morgen 28 februari niet door.

Tussen de vakbonden en het management wordt nog wel gediscussieerd over het toekomstplan van ITA Airways, de aanwerving van nieuw personeel en het terug in dienst nemen van alle ontslagen werknemers van het voormalige Alitalia.

ita_airways (4)

ITA Airways is ontstaan uit de restanten van het failliete Alitalia. Momenteel wordt onderhandeld over een mogelijke verkoop van de jonge luchtvaartmaatschappij aan Lufthansa.

De vakbonden willen de regering ook dagvaarden om erachter te komen wat er inzake de toekomst van ITA Airways wordt besproken met Lufthansa.

De vakbonden erkennen de troeven van een sterke internationale alliantie, maar vinden dat de Italiaanse staat meerderheidsaandeelhouder van ITA Airways zou moeten blijven.

Romeinendag in Nederland op 20 maart

27 februari 2023

De Romeinse Limes Nederland en RomeinenNU organiseren ook dit jaar weer een informatieve Romeinendag. Die vindt plaats op maandag 20 maart in Museum Kasteel Wijchen, Kasteellaan 9 in de gemeente Wijchen (provincie Gelderland.

Iedereen die in de Romeinse geschiedenis van Nederland geïnteresseerd is, krijgt de gelegenheid om kennis te maken met de recente ontwikkelingen en de leukste projecten.

De Romeinendag is een middag vol inspiratie en verdieping in Romeinse sferen. Het is een informele informatieve bijeenkomst waar de Romeinse en huidige tijd elkaar ontmoeten.

Professionals en vrijwilligers uit het werkveld van de Romeinse geschiedenis in Nederland en de Romeinse Limes delen er hun kennis en enthousiasme voor de Romeinse tijd en de Limes. Sprekers informeren over nieuwe archeologische vondsten, boeiende initiatieven en relevante ontwikkelingen.

romeinendag2

De Romeinendag is na twee online edities dit keer weer op locatie. In Museum Kasteel Wijchen is veel aandacht voor de Romeinse geschiedenis van de omgeving, waarin villa’s een belangrijke rol speelden.

Traditiegetrouw zijn er ook flitspresentaties op de Romeinendag. Dit zijn korte, vooraf opgenomen presentaties over bijvoorbeeld een (nieuwe) tentoonstelling, bijzonder nieuws uit het veld of een update over een project.

Heb je interesse een flitspresentatie in te sturen? Neem dan contact op met Lara Boon via lara@romeinen.nu. Er is ruimte voor een tiental presentaties. De organisatoren maken een selectie uit de spannendste en origineelste projecten.

Als je presentatie wordt gekozen, dan mag hij maximaal twee minuten duren en moet hij in landscape/breedbeeld stand gefilmd zijn. De deadline voor het aanleveren van de flitspresentaties is 10 maart.

romeinendag

Programma

  • 10.30-12.30 uur:
    Museumbezoek op eigen gelegenheid. Museum Kasteel Wijchen opent op deze dag haar deuren speciaal voor bezoekers aan de Romeinendag
  • 12.30-13 uur:
    Inloop Romeinendag met koffie/thee
  • 13.00-13.15 uur:
    Welkom
  • 13.15-13.45 uur:
    Koen Ottenheym: De ontdekking van de Limes. Het land van de Batavieren in de ogen van de 16de-eeuwse oudheidkundigen
  • 14.00-14.15 uur:
    Lancering stripboek De Romeinen 1, De Bataafse Opstand (Uitgeverij Syndikaat)
  • 14.15-14.45 uur:
    Flitspresentaties

Deelprogramma 1

  • 15-15.30 uur:
    Paul Franzen: Villa’s in het Gelders Rivierengebied
  • 15.30-16.10 uur:
    Paul van der Heijden: Nieuw licht op de Holdeurn, de eerste fabriek van Nederland

Deelprogramma 2

  • 15-15.30 uur:
    Wouter Vos: Valkenburg (ZH) Marktveld ontsloten: het grootste Romeinse grafveld aan de Limes
  • 15.35-16.05 uur:
    Evert van Ginkel en Paul Beliën: De Limes in munten – een beeldrijke numismatische wandeling langs de Romeinse grens
  • 16.15-16.45 uur:
    Presentatie Limesmulsum van Wijngaard De Holdeurn en korte lezing Romeinse wijn door Mariëlla Beukers
  • 16.45–17.30 uur:
    Borrel en gelegenheid tot een bezoek aan het museum

Voor deze dag boordevol inspiratie en gezelligheid wordt een bijdrage gevraagd van 10 euro.

Tickets kunnen hier online worden gekocht.

https://www.romeinen.nl/doen/romeinendag

info@romeinen.nu

Vaticaan neemt opnieuw deel aan de Biënnale van Venetië

26 februari 2023

Het Vaticaan neemt dit jaar opnieuw deel aan de tweejaarlijkse internationale Biënnale van Venetië. Dit jaar gaat het om een Architectuurbiënnale die plaatsvindt van 20 mei tot 26 november.

Kardinaal José Tolentino de Mendonça, de prefect van de Dicasterie voor Cultuur en tevens commissaris van het Paviljoen van de Heilige Stoel op de Biënnale, verklaarde dat het Vaticaanse paviljoen wordt opgesteld in de tuin van het benedictijnenklooster op San Giorgio Maggiore, één van de eilanden van Venetië, ten oosten van het eiland Giudecca.

San Giorgio Maggiore

De uitwerking van het paviljoen is toevertrouwd aan de Portugese architect Alvaro Siza (winnaar van verschillende internationale architectuurprijzen, waaronder de belangrijke Pritzker Prize in 1992) en het Italiaanse collectief Studio Albori (Emanuele Almagioni, Giacomo Borella, Francesca Riva) uit Milaan.

Álvaro Siza is in Nederland vooral bekend van de woontorens New Orleans in Rotterdam en de Toren van Siza in Maastricht en van zijn jarenlange bijdrage aan de stadsvernieuwing in Den Haag.

De kardinaal hoopt dat de aanwezigheid van het Vaticaan op één van de belangrijkste internationale kunstmanifestaties op het vlak van architectuur de lokale kerken zal stimuleren om zelf ook deel te nemen aan culturele evenementen en demonstraties op regionaal niveau.

Het Vaticaan nam in 2018 voor het eerst deel aan de Architectuurbiënnale. Toen stonden tien kapellen opgesteld op het San Giorgio Maggiore-eiland.

Restauratie monument Giuseppe Garibaldi afgerond

26 februari 2023

De restauratie en instandhoudingswerken van het monument voor Giuseppe Garibaldi op de Gianicolo-heuvel zijn volop aan de gang en worden in principe dit voorjaar afgerond. Het enorme standbeeld op het hoogste punt van de Janiculum-heuvel is een werk van beeldhouwer Emilio Gallori (1846-1924) en werd ingehuldigd in 1895.

Het monument werd in de ochtend van 7 september 2018 getroffen door een zeer forse blikseminslag. Na onderzoek bleek dat die aanzienlijke schade had veroorzaakt in de structuur van de sokkel waarop het beeld staat. Het voetstuk is samengesteld uit blokken en platen van graniet, maar bleek niet helemaal bestand tegen het natuurgeweld.

garibaldi (9)

Het stadsbestuur besliste daarom om het volledige monument te restaureren en na te gaan in hoeverre restauratie- en verstevigingswerken nodig waren. Er volgde een gespecialiseerd geomorfologisch onderzoek waarbij de stabiliteit van de hele structuur werd nagegaan. De studie maakte duidelijk dat eerdere grote blikseminslagen in 1944 en 1971 ook al schade hadden veroorzaakt.

De opdracht werd daarom uitgebreid. Er moest worden nagegaan waarom de bliksem al enkele keren hard toesloeg en hoe het monument op een effectieve manier kon worden beveiligd om in de toekomst dergelijke gebeurtenissen te vermijden.

De studies resulteerden in het consolidatie- en restauratieproject dat nu aan de gang is. De kern van het voetstuk moet worden verstevigd. De stenen blokken en de granieten platen met bas-reliëfs die door de bliksem werden beschadigd moeten opnieuw worden gemonteerd en herschikt. Het bas-reliëf aan de westelijke zijde dat een leeuw voorstelt, is door de inslag in twee delen gebroken en moet worden hersteld.

Overigens worden alle stenen en bronzen oppervlakken van het ruiterstandbeeld en de sculpturale groepen opnieuw nagekeken. Dat gebeurde ook al eens tijdens de restauratie die in 2011 werd uitgevoerd ter gelegenheid van de viering van de 150ste verjaardag van de eenwording van Italië.

garibaldi (3)

Het monument wordt tegelijk ook grondig gereinigd en krijgt een nieuwe oppervlaktebescherming. Aan het einde van de werkzaamheden wordt een bliksemwerend apparaat geïnstalleerd om het ruiterstandbeeld in de toekomst te beschermen.

Het systeem is gebaseerd op de principes van de kooi van Faraday en werd voor dergelijke toepassingen ontwikkeld op basis van wetenschappelijke en technisch-analytische controles. De werkzaamheden zijn nu voltooid en het monument is verlost van de stellingen. De herinhuldiging vond zopas plaats in aanwezigheid van burgemeester Gualtieri en Garibaldi’s achterkleinkinderen Giuseppe en Annita.

Het besluit om in Rome een nationaal monument voor Garibaldi in Rome te bouwen werd genomen door het Italiaanse parlement na de dood van de held, die op 2 juni 1882 stierf in Caprera. Op dezelfde dag maakte de gemeenteraad van Rome 80.000 lire vrij voor een studie die op de Gianicolo-heuvel een geschikte plaats moest aanduiden voor de oprichting van een monument. Dat was een andere plek dan waar het vandaag staat.

De keuze voor de Janiculumheuvel was wel snel gemaakt. Dit was immers de omgeving waar Garibaldi en zijn manschappen hadden gevochten voor de verdediging van Rome. In september 1883 werd een speciale commissie aangesteld die bepaalde dat er niet alleen een monument zou worden opgericht, maar dat dit ook zou worden bekroond met een bronzen standbeeld van Garibaldi, staande of te paard.

Op 14 november 1883 werd een ontwerpwedstrijd uitgeschreven. Bij de deadline voor de inzendingen in september 1884, bleek dat er 37 ontwerpschetsen waren ingediend. Alle voorgestelde projecten werden gepresenteerd en tentoongesteld in het toen gloednieuwe Palazzo delle Esposizioni aan de Via Nazionale. De commissie riep na verhitte discussies het voorstel van Emilio Gallori uit tot winnaar. De beeldhouwer ontving daarvoor 20.000 lire.

garibaldi (1)

De jury eiste echter dat de figuren van het monument, die Gallori vrij koud en vooral politiek neutraal had uitgebeeld, zouden worden verlevendigd. Gallori werkte bijna het hele jaar 1885 aan deze aanpassingen en presenteerde op 5 november van dat jaar het nieuwe model.

Dat was nu verrijkt met bronzen groepen aan de voor- en achterzijde, eentje met Luciano Manara’s bersaglieri die in juni 1849 de verdedigers van Rome aanvielen en de andere het gevecht bij Calatafimi op 15 mei 1860 toen de Bourbons verslagen werden.

Die sculpturen sluiten aan bij de allegorische groepen van Europa aan de zuidelijke zijde en Amerika aan de noordkant. Deze laatsten symboliseren de acties van Garibaldi in die twee delen van de wereld. Op de bas-reliëfs zien we onder meer de landing in Marsala, het verzet in Boiada en de verdediging van de Romeinse Republiek.

Nadat de aanpassingen waren goedgekeurd, volgde het voorstel om onder de fundamenten van het monument een ossuarium te creëren om de overblijfselen van de strijders die in 1849 gevallen waren bij de verdediging van Rome te herbegraven. In het voorjaar van 1891, toen de funderingswerken voor het project al begonnen waren, besliste het stadsbestuur dat de bouw van de crypte wegens geldgebrek moest worden stopgezet.

Op dat moment stelde Emilio Gallori ook een nieuwe locatie voor om het monument neer te zetten. Daarbij koos hij voor het hoogste punt van de Gianicolo, wat symbolisch ook belangrijker zou zijn. Zijn argumenten overtuigden de uitvoerende commissie die op 15 mei 1892 besliste om het voorstel van Gallori te volgen. Tegelijk werd het idee om een ossuarium in de funderingen te bouwen definitief afgevoerd.

Op 19 maart 1895 werd in aanwezigheid van het Italiaanse koningshuis de eerste steen gelegd en werd besloten dat het monument op 20 september van datzelfde jaar zou worden ingehuldigd ter gelegenheid van de viering van de 25ste verjaardag van de bevrijding van Rome. Het halen van een dergelijke krappe deadline zou vandaag waarschijnlijk niet meer mogelijk zijn, maar toen lukte het.

Op 20 september 1895 om 11 uur werd het monument voor Garibaldi officieel onthuld in het bijzijn van koning Umberto I en koningin Margherita van Savoye, premier Francesco Crispi en Emanuele Ruspoli, de burgemeester van Rome. Volgens kranten uit die tijd waren bij de inhuldiging meer dan 60.000 mensen aanwezig.

gianicolo(3)

Het imposante standbeeld op de piazzale die zijn naam draagt, toont de vrijheidsstrijder Garibaldi in vol ornaat en te paard. Het zeven meter hoge bronzen beeld verheerlijkt de vader des vaderlands, ‘eroa del Risorgimento italiano, mitico difensore della libertà dei popoli’. Op de voet van het monument staat in grote letters ‘Roma o morte’, de lijfspreuk van Garibaldi.

Op de Janiculumheuvel speelde zich een belangrijke fase af in de strijd om de Italiaanse eenheid. In 1849 verdedigde Giuseppe Garibaldi (1807-1882) er de kortstondige Romeinse republiek tegen een overmacht van Franse troepen onder leiding van de latere keizer Napoleon III die paus Pius IX (1846-1878) te hulp was gekomen.

Na een maand bloedige gevechten op de Janiculum, werd de paus op 4 juli door de Fransen opnieuw in zijn pontificale macht hersteld. Garibaldi werd na zijn revolutionaire avonturen tijdelijk uit Italië verbannen. Hij ging via Tanger naar de Verenigde Staten, verbleef een tijdje in Peru en werkte vervolgens een tijdlang als koopvaarder op een schip.

Nadat hij van premier Cavour toestemming had gekregen om terug te keren naar Italië, vestigde hij zich in 1854 op het eiland Caprera, een eilandje van amper 16 km² voor de kust van Sardinië, waar hij grond kon kopen.

gianicolo(4)

Garibaldi werd in die tijd een overtuigd aanhanger van de Piëmontese (en latere Italiaanse) koning Vittorio Emanuele II. Vanaf 1859 vecht Garibaldi met zijn roodhemden, een legertje van ruim duizend vrijwilligers, in naam van de monarchie tegen de Fransen, de Oostenrijkers en de paus.
Garibaldi veroverde Sicilië en Calabrië en bracht ten slotte het koninkrijk der Beide Siciliën (ook het koninklijk Napels genoemd) ten val.

Garibaldi droeg de macht over aan Vittorio Emanuele, die daarmee de eerste koning van het eengemaakte Italië werd. De Kerkelijke Staat had veel terrein verloren, waardoor ze het Italiaanse schiereiland niet meer in tweeën verdeelde.

garibaldi (7)

Lombardije-Venetië werd in 1866 veroverd. Na een mislukte poging die eindigde in de Slag bij Mentana in 1867, moest de inname van Rome wachten tot 1870: door de Frans-Duitse Oorlog werden de Franse troepen weggeroepen waarna de Zwitserse Garde en de Pauselijke Zoeaven met 13.157 man niet veel weerstand meer konden bieden tegen het ondertussen gegroeide leger van 50.000 Italianen.

Giuseppe Garibaldi werd parlementslid en overleed in 1882 op zijn geliefde eiland Caprera, een maand voor zijn 75ste verjaardag. Zijn huis is nu een museum en het eiland zelf is in zijn geheel een nationaal monument. Aan de Largo di Porta Pancrazio op de Gianicolo vind je eveneens een Garibaldi-museum, het Museo della Repubblica Romana e della memoria garibaldina.

gianicolo(2)

Rome werd de hoofdstad van Italië en de pausen raakten hun wereldlijke macht kwijt. Er ontstond een conflict tussen de pausen en koningen dat vele jaren zou duren en pas eindigde met de ratificatie van het Verdrag van Lateranen tussen de Heilige Stoel en de Italiaanse regering onder de fascistische dictator Benito Mussolini in 1929. Tot zover deze opfrisbeurt van een stukje Italiaanse geschiedenis.

Langs de wandelpaden en in de directe omgeving van de Piazzale Giuseppe Garibaldi zie je talrijke bustes van soldaten en strijders die een belangrijke rol hebben gespeeld in de opeenvolgende veldslagen. Er staan 84 borstbeelden. Ze maken deel uit van het Parco della Memoria.

Voor de meeste Italianen is de geschiedenis die zich hier afspeelde verworden tot een ver en ongekend verleden. De personen op de bustes zijn voor de meeste mensen nobele onbekenden. Het verband tussen de straatnamen hier op de Gianicolo en de vroegere helden wordt door niemand meer gelegd.

De omgeving van Piazzale Garibaldi is vooral zeer geliefd bij koppeltjes die er hun trouwfoto’s met de stad Rome op de achtergrond laten maken. In de geromantiseerde biografie ‘La vie de Henry Brulard’ schrijft Stendhal (1783-1842) zelfs ‘ce lieu est unique au monde’ (deze plek is uniek in de wereld).

De Italiaanse componist Ottorino Respighi (1879-1936) geeft in I pini del Gianicolo een muzikaal sfeerbeeld van deze plek, waarbij de pijnbomen zachtjes wiegen onder het heldere licht van de maan. Bij de première deed Respighi voor de zang van de nachtegaal beroep op een fonoplaat, wat aanleiding gaf tot enige hilariteit.

gianicolo(5)

Het was hier op de Janiculumheuvel dat Galileo Galilei (1564-1642) paus Paulus V (1605-1621) en zijn raadgevers had uitgenodigd om door zijn telescoop naar de maan en de maantjes van de planeet Jupiter te kijken. De paus kwam echter niet opdagen, maar stuurde wel kardinaal Bellarmino (Robertus Bellarminus) om een kijkje te nemen.

Bellarmino was een geleerd man. Hij had wijsbegeerte en theologie gestudeerd in Rome, Padua en Leuven. Hij werd in 1570 in Gent tot priester gewijd en in datzelfde jaar werd hij hoogleraar theologie aan de Leuvense universiteit.

Maar ondanks de heldere hemel en de sterrenpracht op de Janiculum, was Bellarmino, die persoonlijk nochtans wel sympathie had voor Galilei, niet te overtuigen van de theorieën die de astronoom verkondigde. In 1616 zou Bellarmino in opdracht van paus Paulus V (1605-1621) Galilei officieel verzoeken om de copernicaanse theorie niet meer in het openbaar te verdedigen.

Maar Bellarmino, een jezuïet, had intussen voor zijn orde in Rome geregeld dat Galilei ook voor hen een demonstratie zou geven met zijn telescoop. De jezuïeten begrepen de theorie van Galilei echter wel. Ze keerden terug naar het Collegio Romano en richtten daar al snel hun eigen sterrenwacht op.

gianicolo(1)

De Duitsse schrijver Bertolt Brecht bewerkte het leven van Galilei tot een toneelstuk waaraan hij achttien jaar werkte. Het ging in 1956 in Berlijn in première kort na de dood van Brecht. In de afsluitende dialoog vraagt de geleerde aan zijn dochter Virginia ‘hoe is de nacht’, waarop ze dialectisch maar poëtisch zegt: ‘helder’. Het zou een verwijzing zijn naar de bewuste nacht in augustus toen de astronoom zijn telescoop demonstreerde aan kardinaal Bellarmino.

Kijkend in de richting van de stad, ga je vanaf Piazzale Giuseppe Garibaldi even naar rechts en volg je de bakstenen afsluiting. Waar de bomen van de rijweg beginnen staat op het voetpad de eenzame buste van Menotti Garibaldi (1840-1903).

Hij was de oudste zoon van Garibaldi. Hem zien we ook als de in Brazilië geboren baby die de paardrijdende Anita Garibaldi (1821-1949) in de armen houdt op het krijgshaftige standbeeld dat zich hier vlakbij op de Gianicolo bevindt, op de piazzale die haar naam draagt. Anita heette eigenlijk Ana Maria de Jesus Ribeiro. Zij was de Braziliaanse echtgenote van Garibaldi en vergezelde haar man tijdens revoluties in Uruguay en Italië.

garibaldi (2)

René Stockman door Vaticaan uit bestuurlijke functie ontzet

25 februari 2023

De Belg René Stockman, sinds 2000 de generaal-overste van de pauselijke congregatie van de Broeders van Liefde in Rome, is door het Vaticaan uit zijn bestuurlijke functie ontzet. Er wordt hem financieel wanbeheer verweten. Dat schrijft de krant De Standaard.

Het Vaticaan verwijt Stockman (68) dat hij de congregatie niet goed beheert. Stockman zou geld naar het zuiden hebben laten vloeien, waardoor onder meer de Belgische Broeders van Liefde in financiële problemen kwamen. Die reageren volgens De Standaard opgelucht op het nieuws uit Rome.

De bal ging al enkele jaren geleden aan het rollen. Vanuit Rome werd toen een hele procedure opgezet, met onder meer een doorlichting van de congregatie. Er werd later ook een apostolische commissaris aangesteld die het dagelijkse bestuur van Stockman al tijdelijk overnam.

René Stockman is tevens een specialist in de psychiatrische verpleegkunde en in België vooral bekend voor zijn hevige verzet tegen de euthanasiewetgeving. Ook dat leidde tot een conflict met de Belgische Broeders van Liefde.

Poggio Bracciolini, De varietate fortunae (VII)

25 februari 2023

Vertaalfeuilleton – Episode 7 – ‘Badhuizen, part II

Februari nadert maart; tijd voor een nieuwe episode! De eerdere afleveringen vindt u hier. Vorige keer ging het over badhuizen. Poggio’s tekst was kort, en leek eenvoudig. Toch bleek het wenselijk om een tweede episode aan het thema te wijden, en wel om een drietal thema’s uit te klaren.

poggio4

(1) 140.000 christenslaven?

Poggio besloot zijn uiteenzetting over de badhuizen als volgt: ‘Ik herinner mij dat ik in de boeken over de martelaars heb gelezen dat er, toen de Thermen van Diocletianus gebouwd werden – de meest verbeten vijand van ons christelijk geloof -, gedurende meerdere jaren 140.000 christenen als slaaf werden ingezet voor dat werk.’

140.000 is zo’n enorm – en specifiek – aantal, dat het uitnodigt op zoek te gaan naar de oorsprong. Ad fontes! Vreemd genoeg gaat Boriaud níet op zoek naar de door Poggio vermelde ‘boeken over de martelaars’ (Martyrum libris).

Merisalo houdt het voorzichtig bij: ‘misschien het martyrologium van Usuardo (uit de 9de eeuw)’. Deel 2, 749-750 (Migne, 1852) van dat werk bevat inderdaad beperkte informatie over de Thermen van Diocletianus, maar in erg algemene termen. Over de 140.000: geen woord.

Terme_Diocleziano2

D’Onofrio dan. Die vertaalt gek genoeg met: ‘150 mila cristiani per parecchi anni’, terwijl hij in het Latijn wel ‘centum et quadraginta Christianorum millia’ [sic] geeft. Ach, 10 000 christelijke martelaars meer of minder … De Italiaanse uitgever geeft als bronnen: ‘Acta S. Marcelli in ACTA SANCTORUM, 2 genn., pp. 369, 374’ en ‘BARONIO, Annales, t. 2 ad annum 298.’

Baronius’ Annales ecclesiastici (1588-1607)! De Acta Sanctorum (1643-…)! Namen als klokken in de Sint-Pieterskerk, die aangename herinneringen oproepen aan cursussen historiografie. Maar helaas: in geen van beide werken vond ik iets over de 140.000. In het leven van Marcellus gaat het wel over de Thermen, en over christenslaven, maar concrete aantallen staan er niet te lezen.

Trouwens: ook niet ‘maar’ 40.000. Niet alleen op de meest respectabele websites, maar op vele plaatsen, wordt dit ‘meer redelijke’ aantal genoemd, vaak voorafgegaan door: ‘Volgens de legende …’, ‘De traditie vertelt …’.

Af en toe wordt hogergenoemde Baronius aangehaald als gezaghebbende bron – niet voor 140.000 dan, maar voor 40.000. Onterecht, lijkt het. Sommige auteurs hebben het zelfs over bakstenen met gegraveerde kruisen, die de christenslaven achtergelaten zouden hebben. Maar ook naar die informatie loopt het spoor toepasselijk dood.

Annales_ecclesiastici

Om tot de eenvoudige, maar weinig bevredigende conclusies van de vorige alinea’s te komen, heb ik net iets te veel uren in folianten gespendeerd. Een warme oproep dus: wie de bron voor de ’40.000’ – of ‘140.000’ – weet te achterhalen, verdient niet alleen heuristisch respect, maar ook een geestrijke traktatie. Misschien heb ik er gewoon overgekeken. Tot de opheldering wil ik me in ieder geval vooral wijden aan mysteries die wel op te lossen zijn. Het is te zeggen …

(2) Thermen van Domitianus?

Silvester …

Poggio schrijft: ‘Van de Thermen van Domitianus zijn dan weer zeer weinige overblijfselen te zien. Dat ze op de plaats stonden waar nu de kerk van Silvester is, kwam ik te weten uit het boek over het leven van de pausen.’ In Poggio’s Latijn staat er ‘Sylvestri Ecclesia’.

Boriaud vertaalt als volgt: ‘Ceux de Domitien […] s’élevaient à l’emplacement de l’église Saint Sylvestre’. In een noot is hij stellig: ‘Deze Thermen van Domitianus hebben nooit bestaan. […] De site, dichtbij de kerk en het klooster van S. Silvestro in Capite, op het Marsveld, was in werkelijkheid ingenomen door de tempel van de Zon, gebouwd door Aurelianus.’

silvestro_capite

Poggio’s ‘Sylvestri Ecclesia’ is volgens Boriaud dus de S. Silvestro in Capite. De passage uit het ‘boek over het leven van de pausen’ is volgens hem ‘zonder twijfel het Liber Pontificalis 189.2.’ Nog zo’n naam als een bronzen bel: een 19de-eeuwse verzameling van onschatbare historische informatie uit vele eeuwen Pauselijke Staten, met materiaal dat teruggaat tot de 6de eeuw, maar ook nog spreekt over eerdere pausen.

Volgens Boriaud zijn de Thermen van Domitianus dus fictief, maar situeert Poggio ze op basis van het Liber Pontificalis bij de S. Silvestro in Capite. Commentator twee, D’Onofrio, is minder kras over hun fictief karakter: ‘Ook Biondo […] spreekt over deze ‘Thermen’: resten van grote gebouwen, mogelijk thermen, in de zone tussen de Tiber en de huidige Piazza di Spagna, met het epicentrum precies in de kerk van S. Silvestro in Capite. Eerdere bronnen zwijgen erover […]: het is dus evident dat de ontdekking van deze resten plaatsvond precies in de tijd van Poggio en Biondo.’

Volgens D’Onofrio lagen dus op de locatie van de S. Silvestro in Capite – waar Boriaud enkel een tempel van de Zon ziet – wel degelijk gebouwen die door humanisten als Poggio en Biondo geïdentificeerd werden als ‘Thermen van Domitianus’ – wat de gebouwen in werkelijkheid ook mogen geweest zijn. Volgens D’Onofrio’s vertaling verwijst Poggio naar het Liber Pontificalis (‘come si legge nel L…’). De locatie S. Silvestro in Capite lijkt D’Onofrio echter vooral te baseren op Biondo. (Cf. infra.)

Coup de théâtre: commentator drie, Merisalo, zoekt de ‘Thermen van Domitianus’ op een volledig andere plaats. Volgens haar gaat het om ‘de zogezegde Thermen van Domitianus op de Oppius, tussen de Porticus van Livia en de Thermen van Titus; volgens het Liber Pontificalis (189.2, 188 n.4) ‘quae nunc Traianae’.’ Ze vervolgt: ‘Het is een bouwwerk dat volledig uit de tijd van Trajanus stamt, ontworpen door Apollodorus van Damascus […]; het dateert uit 109.’

Pianta_regio_III

Dus: volgens Merisalo waren de ‘Thermen van Domitianus’ eigenlijk (de) Thermen van Trajanus, op de Oppius. Alleen: die locatie ligt toch vlot twee kilometer van de S. Silvestro in Capite … Merisalo: ‘Het gaat waarschijnlijk om de kerk van S. Silvestro de Tauro / de Thermis, oftewel S. Silvestruolo (eind veertiende eeuw), gesitueerd te midden van de ruïnes van de Thermen van Trajanus.’

Ze voegt eraan toe ‘dat de nabije kerk van S. Martino ai Monti, die tot ca. 1200 vaak werd aangeduid met de dubbele naam SS. Silvestro e Martino, nooit enkel met de naam ‘S. Silvestro’ werd aangeduid.’

Onder de drie commentatoren ciculeren dus twee locaties: één op het Marsveld, en één op de Oppiusheuvel, elk gelinkt aan een ‘S. Silvestro’: S. Silvestro in Capite vs. S. Silvestro de Tauro / de Thermis.

Liber Pontificalis

Wat staat er in Poggio’s bron, het Liber Pontificalis? Zowel Boriaud als Merisalo hebben zich er immers op gebaseerd – om tot zeer verschillende uitkomsten te komen. Boriaud: ‘zonder twijfel het Liber Pontificalis 189.2.’, Merisalo: ‘189.2, 188 n.4’. Ad fontes: de referentie-uitgave door Duchesne.

In de Leuvense ‘GBIB’ staat de uitgave van 1886 in het rek. Een tweede uit 1955 kan met enige moeite opgediept worden uit het magazijn. Die laatste editie heeft alvast ook Boriaud gebruikt (cf. p. 83).

En dan blijkt er toch iets vreemds aan de hand. Op p. 189 staat namelijk geen relevante informatie. En is Merisalo’s volgorde ‘189.2, 188 n.4’ niet gek? Op p. 187, regel 2, gaat het wel over ‘Domitianas, qui cognominantur Traianas’ …

De hele passage klinkt in vertaling als volgt: ‘Op hetzelfde moment richtte de zalige Silvester in de stad Rome zijn ‘titulus’ op in de derde regio, naast de Thermen van Domitianus die ook die van Trajanus genoemd worden, de ‘titulus’ van Silvester’. Hoe komen twee commentatoren ertoe dezelfde paginafout te maken? Ook interessant: ‘Domitianas, qui cognominantur Traianas’ is grammaticaal erg bedenkelijk.

Op p. 188 gaat het in noot 4 over dezelfde kerk, als uitleg bij een eerdere vermelding op p. 170: ‘Hij maakte in de stad Rome een kerk op een stuk grond van een priester van hem, die (ook) Equitius werd genoemd, die hij oprichtte als een Romeinse ‘titulus’, naast de Thermen van Domitianus, die tot op vandaag de ‘titulus’ van Equitius wordt genoemd’.

Een overtuigde mededeling uit de noten bij de herziene editie (1955): ‘Het is absoluut zeker dat de titulus Equitii […] en de titulus Silvestri identiek zijn.’ (deel 3, p. 80-81). En over welke plek gaat het vandaag? ‘De locatie van deze kerk is gemarkeerd door de huidige basiliek van S. Martino ai Monti, dichtbij de Thermen van Trajanus’ (deel 1, p. 188, n. 4).

Silvestro_e_Martino_ai_Monti

Wat schreef Poggio ook alweer precies? ‘Van de Thermen van Domitianus zijn dan weer zeer weinige overblijfselen te zien. Dat ze op de plaats stonden waar nu de kerk van Silvester is, kwam ik te weten uit het boek over het leven van de pausen.’

Dat het in het Liber Pontificalis gaat over de ‘titulus Equitii / Silvestri’, waar nu de S. Martino ai Monti is, betekent natuurlijk niet dat Poggio met zijn gedachten op die plaats zit, al kan het wel. En: in het Liber Pontificalis gaat het zeker niet over Merisalo’s S. Silvestro de Tauro / de Thermis, maar het is ook niet uitgesloten dat Poggio die S. Silvestro in gedachten heeft. In beide gevallen blijven we op de Oppius.

Tot slot: op basis van het weinige dat Poggio over de ‘Thermen van Domitianus’ schrijft, kunnen we eigenlijk ook niet overtuigend besluiten, en ook niet weerleggen, dat hij zich mentaal op het Marsveld bevindt, bij de S. Silvestro in Capite. We houden de kerk in het midden, en aanvaarden dat er twee opties zijn? Of brengt Biondo raad?

Biondo

D’Onofrio had het over die andere humanist, Biondo, meer bepaald ‘Flavio Biondo’, al zullen de meeste Italianen hem ‘Biondo Flavio’ noemen: lang verhaal. We moeten eerlijk zijn: diens werk ‘Roma instaurata’ heeft oneindig meer ‘praktische’ impact gehad dan Poggio’s eerste boek van ‘De varietate fortunae’. Biondo werkt dan ook uitgebreider en gedetailleerder, levert voer voor vele verhaalfeuilletons, maar mist wel grotendeels de overkoepelende lotsgedachte die in Poggio’s werk fascineert.

Uitgegeven in dezelfde serie als de Poggio van Boriaud, wordt Biondo’s werk door Anne Raffarin gesitueerd tussen 1443 en 1446. We vertalen: ‘Als het niet twijfelachtig is dat Biondo Poggio heeft beïnvloed, is het ook niet twijfelachtig dat Poggio Biondo heeft beïnvloed. Zeker, De varietate fortunae verscheen in 1448, twee jaar na Roma instaurata, maar het werk was in de maak sinds 1431.’

Zelfs ‘onze’ Merisalo, die Biondo’s werk voorstelt als ‘licht voortijdig of gelijktijdig’, stelt: ‘Wat betreft de beschrijving van de ruïnes van Rome, concluderen we dat het onderzoek van Poggio origineel is, aangezien een punctuele vergelijking van onze tekst met de Roma instaurata geen bewijs oplevert voor een feitelijke afhankelijkheid.’

Flavio_Biondi

Nu die kwestie van de baan is: wat zegt Biondo over de ‘Thermen van Domitianus’? In trouwe vertaling: ‘We hebben een zekere en ruime kennis van hetzij de Thermen, hetzij [andere] werken van Domitianus. Inderdaad, Petrus Bibliothecarius zegt dat paus Silvester een kerk heeft gebouwd, die later naar hem is genoemd, in de Thermen van Domitianus.

En Suetonius schrijft dat Domitianus scheepsgevechten heeft gegeven van bijna echte vloten, nadat naast de Tiber een meer uitgegegraven en omringd was. En verder: dat de Tempel van de gens Flavia en het Odeon [cf. infra] en de Naumachie door hemzelf gebouwd zijn geweest.’

Biondo vervolgt: ‘Welnu, wij hebben zeer grote vierhoekige bakstenen gezien, die opgegraven waren uit de ruines, die de kerk van Sint Silvester en haar nu beroemde klooster van zusters omgeven. Door de steenbakker zijn er, voordat de steen gedroogd werd, letters op gedrukt: een deel draagt de woorden Domitiana maior, een deel Domitiana minor. Vandaar hebben wij verondersteld dat alle zaken die nu van alle kanten bij de Sint Silvester gezien worden – Thermen, Naumachia, … – voor werken van Domitianus gehouden moeten worden.’

Dominitianus

Biondo ontleent info over de Thermen van Domitianus aan ene ‘Petrus Bibliothecarius’. Raffarin verwijst naar – jawel – het Liber Pontificalis, I, p. 187, Vie de Sylvestre’, en zegt: ‘Biondo citeert het Liber Pontificalis onder de benaming Petrus Bibliothecarius, die Pierre Guillaume de Saint-Gilles aanduidt: die herschikte het Liber Pontificalis om er een nieuwe versie van te geven, die hij kopieerde in 1142. […]

Het handschrift van Pierre Guillaume werd teruggevonden in de eerste jaren van het humanisme en meegebracht naar Rome. […] Daar bevindt het zich nog steeds, onder de naam Vaticanus Latinus 3762. […] Het werd uitgebreid geannoteerd door zijn gebruikers’, met onder andere ‘marginale noten van de hand van Biondo zelf’.

‘De kerk van Sint Silvester en haar nu beroemde klooster van zusters’ … Dat lijkt bij Biondo in ieder geval te rijmen met de S. Silvestro in Capite. Het valt erg te betwijfelen dat er in het karmelietenklooster van de S. Martino ai Monti ook zusters rondliepen.

We zullen wellicht nooit weten naar welke ‘kerk van Silvester’ Poggio precies verwees, maar mogelijk dacht hij er hetzelfde over als Biondo. Ironisch genoeg bevonden zich op de plek van de S. Silvestro in Capite wellicht geen thermen van Domitianus. En de ‘echte’ ‘Thermen van Domitianus’ op de Oppius? Dat waren Thermen van Trajanus.

(3) Een fictief gebouw

‘traine’

Maar waarom spreken noch Poggio noch Biondo dan over die Thermen van Trajanus? In het Liber Pontificalis staat toch duidelijk: ‘Domitianas, qui cognominantur Traianas’? (Of ‘quae … Traianae’?)

Graag neem ik u nog eens mee naar de Vaticaanse bibliotheek. Hier vindt u manuscript Vaticanus Latinus (Vat.lat.) 3762. Blader voorzichtig naar fol. 18v., vierde regel van beneden. Met ingevulde afkortingen staat er: ‘domitianas q[uae] cognominant[ur] traine’.

Misschien ligt het aan mijn paleografische vermogens, en misschien onderschat ik Poggio en Biondo, maar is er niet een kleine mogelijkheid dat ze in hun referentiehandschrift van het Liber Pontificalis niet konden lezen wat daar stond, en het daarom maar genegeerd hebben? Wat is tenslotte ‘traine’?

‘Methodium’

Voor u mij beschuldigt van al te verregaande arrogantie ten aanzien van gerespecteerde humanistische auteurs: er gebeuren wel gekkere dingen. In de vorige episode verwees ik naar het manuscript van Ammianus Marcellinus’ Res Gestae, dat Poggio uit Fulda meebracht naar Italië: ‘daar rust het nog steeds in de Vaticaanse bibliotheek, als Vat. lat. 1873 (= V), nu ook digitaal.

Zo zag Poggio zo’n 600 jaar geleden de tekst! De ‘lavacra in modum provinciarum’ vindt u op fol. 32r – al staat daar toch wel echt ‘prvinciarum’. (En welke snode humanist heeft er hier in de kantlijn geschreven? Cf. volgende episode.)’

Vandaag kunnen we zeggen: het antwoord op die laatste vraag is niet Poggio, maar, zo vertelt Rita Cappelletto in haar studie ‘Recuperi ammianei da Biondo Flavio’ (1983): Flavio Biondo. Ga gerust kijken, op fol. 32r. In de rechtermarge identificeert Biondo de volgende monumenten uit de tekst: ‘Iovis tarpei, Lavacra, Amphitheatrum, pantheon, urbis templum, forum, theatrum pompei, Methodium, Stadium, Traiani forum’.

In de voorgaande episode citeerden we deze passage over Constantius’ intocht in Rome (357). In de vertaling van D. den Hengst ging het dan ook over de ‘tempel van Jupiter op het Capitool’, ‘baden’, ‘amfitheater’, ‘Pantheon’, ‘tempel van de stad’, ‘plein van de Vrede’, ‘theater van Pompeius’, ‘Odeon’, ‘Stadion’, ‘Forum van Trajanus’.

Wat hoort niet thuis in Biondo’s rijtje? Het staat er echt, in de marge: ‘Methodium’, en wel als verbetering bij de tekst ‘etodeum’. Zelf had ik nog nooit van het ‘Methodium’ gehoord, u wellicht ook niet, en Cappelletto meldt: ‘De tussenkomst is erg eigenaardig en het loont de moeite om het erover te hebben, ook wegens zijn merkwaardige succes achteraf.’

Wat ‘etodeum’ betreft: ‘Het gaat zeker, zoals alle commentatoren melden, over het Odeon van Domitianus (waarvan vandaag geen sporen overblijven), gebouwd nabij zijn stadium.’ Nu Piazza Navona dus.

navonavierstromenfontein (3)

Hoe komt Biondo aan dat ‘Methodium’? Het antwoord vindt Cappelletto in het stukje uit Roma instaurata over de ‘Thermen van Domitianus’, dat we eerder in deze episode vertaald hebben: ‘En Suetonius schrijft […] dat de Tempel van de gens Flavia en het Odeon en de Naumachie door hemzelf gebouwd zijn geweest.’

In de editie die Cappelletto raadpleegde, staat er ‘et methodium’. Maar ook Anne Raffarin, op wie wij ons baseerden voor de vertaling, geeft in het Latijn ‘et metodium’. Ze vertaalde het wel als ‘l’Odéon’, om er in een hier vertaalde noot aan toe te voegen: ‘Meerdere handschriften van Roma instaurata en van Suetonius’ Keizerlevens geven de lezing ‘et exmetodium’, maar die tekst is onvertaalbaar.’

Biondo baseert zich in Roma instaurata dus op een tekstvariant in Suetonius. Het fameuze Methodium was dan ook te vinden in de eerste uitgaven van de Keizerlevens. En wanneer hij notities maakt in het handschrift van Ammianus, verbetert hij dus ook in die zin.

Alleen – vraagt Cappelletto zich laconiek af: ‘Welk idee Biondo gehad mag hebben van de constructie die hij methodium noemt, is moeilijk te zeggen.’ Het ‘odeon’ kende hij klaarblijkelijk niet – en daarin stond hij volgens Cappelletto niet alleen. Het ‘gebouw’ zou dan ook welig tieren in kopieën van het Ammianus-handschrift, maar ook in traktaten over Rome, na Biondo geschreven: het fameuze fictieve Methodium.

Odeum_Domitian

‘liberales doctrinae’

Tot slot: in het kader van dit vertaalfeuilleton ware het (te) mooi geweest, als de kanttekeningen – ook over het Methodium – van Poggio waren geweest. Maar niet gewanhoopt: ook Poggio heeft z’n pen niet kunnen stilhouden.

In een artikel uit het nog meer gezegende jaar 1981 – ‘Marginalia di Poggio in due codici di Ammiano Marcellino’ – schreef Rita Cappelletto onder andere over Vat. Lat. 1873. Ik vertaal: ‘De eerste folia, in het bijzonder, worden gekenmerkt door de tussenkomst van een humanistische corrector, wiens revisiewerk, heel voorzichtig en scrupuleus, onderbroken wordt op f. 6r.’

Het vervolg citeer ik in het Italiaans. Ook wie de taal (nog) niet machtig is, voelt meteen aan dat het hier niet om een stel ordinaire droedels in de marge gaat: ‘L’aspetto rotondeggiante e armonioso della scrittura, le proporzioni minute, il tratteggio cesellato e accuratamente spaziato delle lettere’ …

Allemaal ‘suggereren’ ze volgens Cappelletto ‘precies Poggio’s naam als de meest waarschijnlijke auteur van deze annotaties.’ Zo zouden niet alleen de fraaie kruisjes op 3r en 3v van zijn hand zijn, of bv. de notitie op 6r, maar ook de fraaie handjes (maniculae) op 5v en 6v.

In 14.6 schrijft Ammianus Marcellinus over Orfitus, de stadsprefect. In de vertaling van den Hengst: ‘Intelligent was hij wel, en in juridische aangelegenheden bepaald een expert, maar hij miste de verfijnde eruditie die men bij een vooraanstaand man zou mogen verwachten’.

Behalve het fraaie handje, schrijft Poggio daarbij ‘Nota hic decere virum nobilem institutum esse splendore liberalium doctrinarum’: ‘Merk hier op dat het een edel man betaamt onderricht te zijn in de schittering van de vrije wetenschappen.’ Het valt wel te raden wat humanist Poggio precies onder ‘liberales doctrinae’ verstond, en we treden hem volmondig bij.

Als u mij tot hier gevolgd heeft, dan ga ik ervan uit dat a) u het met Poggio eens bent b) deze drie onderzoekjes u hebben kunnen bekoren. (Mocht u mij graag inlijven op uw kanselarij: hieronder vindt u mijn contactgegevens.)

En voor wie deze filologische eindmeet met meer moeite heeft gehaald: wellicht wordt de volgende episode strakker historisch, al zal het ook van Poggio afhangen. Tot dan!

Bruno Vantomme
brunovantomme@hotmail.com

App biedt interactieve speurtochten voor kinderen in Rome

24 februari 2023

Er is een app gelanceerd met als doel gezinnen met kinderen te helpen Rome te verkennen met een reeks interactieve speurtochten.

Een Brits koppel, journalist Nick Squires en grafisch ontwerper Aleen Toroya, wonen al veertien jaar in Rome. Als ouders van twee jongens ontdekten ze de voorbije jaren de uitdagingen om historische locaties, musea en archeologische sites te bezoeken met kinderen.

Rome puilt uit van de monumenten en kunst, maar al die bezienswaardigheden zijn doorgaans weinig gericht op kinderen.

Trova (5)

Oude ruïnes, standbeelden, kerken en fresco’s zijn meestal niet erg boeiend voor kinderen. Je kan je kids meelokken naar een museum met de belofte dat ze bijvoorbeeld later een ijsje krijgen, maar ze zullen niet echt genieten van dat uitstapje.

Integendeel, met de combinatie van drukte en lange wachtrijen loop je nog het risico dat je kind in tranen uitbarst, wat dan weer boze blikken van andere bezoekers kan opleveren.

Als kinderen betrokken zijn en plezier hebben, leren ze meer. Vakantie is ook tijd maken voor het gezin en plezier beleven. Het ouderschap is een zware baan, je verdient een stressvrije vakantie, is de filosofie van Nick en Aleen.

Trova (7)

Om kinderen te betrekken bij en enthousiast te maken voor de geschiedenis en bezienswaardigheden van Rome, werd Trova ontwikkeld, een app die zowel een detectivespel, escape room als gids wil zijn.

De makers wilden ervoor zorgen dat kinderen plezier hebben en hun ouders zich kunnen ontspannen. Ze omschrijven Trova als een unieke app voor gezinnen die Rome op een speelse manier willen verkennen met behulp van leuke weetjes, puzzels en humor.

We proberen met deze app kinderen een beetje verslaafd te maken aan geschiedenis, zeggen de ontwerpers Nick en Aleen.

Trova (4)

Tijdens de speurtocht verdienen de deelnemers punten door op zoek te gaan naar aanwijzingen en puzzels op te lossen. Terwijl komen ze via hapklare brokjes informatie op maat van kinnderen meer te weten over de geschiedenis van Rome.

De makers selecteerden vijf touropties op basis van uitgebreid onderzoek naar wat kinderen echt leuk vinden.

Trova (6)

De themaroutes omvatten onder meer een jacht op geheime codes, begraven schatten of magische spreuken, terwijl je aanwijzingen vindt, raadsels oplost en informatie verzamelt op locaties zoals het Pantheon, het Colosseum, Castel Sant’Angelo, de Capitolijnse musea en andere plekken in het historische centrum van de stad.

Trova (8)

De app geeft ook informatie over de dichtstbijzijnde parken en speeltuinen, de beste plekken om een ijsje te eten of waar je terecht kan voor een kindvriendelijke maaltijd, openbare toiletten en locaties die gemakkelijk toegankelijk zijn met de kinderwagen of een rolstoel. De applicatie wordt aanbevolen voor 7 tot 107-jarigen.

Trova (3)

De app zelf kan je gratis downloaden waarna je ook de verschillende tours kan bekijken, gaande van een spannende zoektocht, een spionagemissie of een detectiveparcours. De duurtijd varieert van 45 tot 120 minuten.

Een volledige en werkende tour kan je voor 4,99 euro per stuk downloaden via de Apple App Store of via Google Play.

Alle informatie en downloadmogelijkheden vind je ook op de Trova-website.

https://trovatrails.com/

Trova