In het park Villa Borghese in Rome werd een boom geplant die werd ‘gekloond’ uit één van de elf overblijvende originele bomen die omstreeks 1605 werden geplant door kardinaal Scipione Borghese, de grondlegger van het park en het palazzo dat we vandaag kennen als de befaamde Galleria Borghese.
Kardinaal Scipione liet vanaf 1605 op de Pincioheuvel een enorme parktuin aanleggen. De familie Borghese bezat daar toen al enkele wijngaarden en die werden geïntegreerd in de tuin.
Omstreeks 1612 liet Scipione door architect Flaminio Ponzio (1560-1613) plannen maken voor een enorm gebouw dat al snel het Casino Borghese zou worden genoemd.
Het palazzetto moest dienen om de snel uitbreidende collectie kunst van de kardinaal op te bergen en tentoon te stellen, zodat de vrienden van Scipione en belangrijke bezoekers die werken konden bewonderen.
Na de dood van Ponzio, nam diens assistent Jan van Santen (1550-1621) het werk over en voltooide het gebouw in 1615. Jan van Santen was afkomstig uit Utrecht, maar nam maar zodra hij in Rome arriveerde, net als de meeste kunstenaars, al gauw een Italiaanse naam aan.
Hij liet zich Giovanni Vasanzio noemen. Behalve architect was Vasansio ook tuinontwerper, houtsnijder en graveur. Hij bracht zowat zijn hele volwassen carrière door in Rome en stierf er ook.
De reusachtige tuin rond het gebouw werd gaandeweg verfraaid met fonteinen, antieke sculpturen en paviljoentjes. Bij de start van de tuinaanleg, in het prille begin van de zeventiende eeuw, had kardinaal Borghese een veertigtal platanen in zijn nieuwe tuin geplant.
Daarvan zijn er vandaag nog elf in leven en het is een van deze bomen die nu een officiële nakomeling heeft. De eerste kloon van deze oosterse plataan (platanus orientalis) werd recent opnieuw geplant in het park.
Deze ‘nieuwe’ boom is officieel zes jaar jong, maar heeft dus wel een genetisch profiel dat ruim 400 jaar oud is.
De verwachting is dat de plataan even goed zal gedijen als de voorbije jaren, toen de groei van het jonge boompje angstvallig in de gaten werd gehouden. De nieuwe boom kreeg ook een officiële naam: Adonis jr.
Wat de botanici in Rome uitvoerden, is één van de weinige geslaagde kloonoperaties van oude oosterse platanen. Dat is, in tegenstelling tot bij de gewone plataan, naar verluidt een bijzonder moeilijke ingreep die vrijwel altijd mislukt.
Het experiment en de kweek van de boom vond overigens plaats in de Franse Provence en is volgens de wetenschappers een groot succes.
De boom werd vanuit Frankrijk getransporteerd naar zijn definitieve plek in Rome. Het initiatief kreeg de steun van de vereniging Amici di Villa Borghese.
Dit belangrijke resultaat vertegenwoordigt de eerste stap in de richting van de bescherming, reproductie en instandhouding van het genetische erfgoed van de oude monumentale bomen van Rome, verklaarde schepen/wethouder Laura Fiorini van de stedelijke Groendienst bij de officiële planting van de boom in het Villa Borghese-park.
De bijzondere boomplanting werd ook bijgewoond door vertegenwoordigers van de Orto Botanico di Roma, de botanische tuin van Rome die wordt beheerd door de Sapienza Universiteit.
Zowel de Amici di Villa Borghese als de universiteit volgen al vanaf het begin van het experiment de evolutie van het nieuwe boompje dat ontstond uit zijn eeuwenoude voorganger.
De elf monumentale bomen in Villa Borghese staan op de erfgoedlijst van de regio Lazio. Ze zijn zowel vanuit botanisch, ecologisch als historisch oogpunt uniek.
De reusachtige platanen in Villa Borghese zijn een publiekstrekker en het is moeilijk om niet onder de indruk te komen van deze statige eeuwenoude bomen. Het zijn levende getuigen van de geschiedenis. Jammer genoeg praten ze niet.
Foto: Monumentaltrees.com
De Oosterse plataan heeft diep ingesneden bladeren en komt van nature voor in het oosten en zuidoosten van Europa, in Klein-Azië en Iran en India. De soort kan 30 m hoog worden.
Hij groeit langzamer dan de gewone plataan die een snelgroeiende kruising is van de oosterse en de westerse plataan (platanus occidentalis).
De westerse plataan wordt veel aangeplant voor schaduw en omwille van de sierwaarde in stadsstraten en op pleinen. De boom kan de luchtvervuiling in een stad zeer goed verdragen en heeft weinig last van de beperkte ruimte voor de wortels. Ook de gewone plataan kan ongeveer 30 m hoog worden.
De bladeren van de oosterse plataan zijn vijf- of zevenlobbig. De lobben zijn langer en smaller dan bij de gewone plataan. De bladsteel is geelachtig en ongeveer 5 cm lang. De steel heeft een dikke, rode voet. De bladeren veranderen van bleek oranjebruin tot geelachtig groen en ten slotte tot bleek bronskleurig.
De Villa Borghese (zowel het park als de gebouwen) kwam in 1901 in handen van de Italiaanse Staat. Die droeg het park twee jaar later over aan de stad Rome, die er een publiek park van maakte.
De Galleria Borghese en de talrijke kunstvoorwerpen bleven in het bezit van de Staat. Vandaag is het één van de meest omvangrijke en waardevolle kunstcollecties van Rome.
Reeds in de achttiende eeuw was het park voor iedereen toegankelijk, zij het op aanvraag. De eigenaar wilde dat zo en heeft die wens ook uitdrukkelijk laten beitelen in een steen die achteraan in zijn palazzo werd gemetst.